De druk op de zorg en met name de verpleeghuiszorg zal de komende jaren steeds verder toenemen. De sterke vergrijzing en een tekort aan personeel maakt dat de ouderenzorg zoals we die al decennialang kennen zal sterk veranderen. Sensire is dit jaar de uitdaging aangegaan om een nieuwe vorm van zorg op te zetten in een van hun woonlocaties in Zutphen. In deze proeftuin wordt de ouderenzorg op een vernieuwende manier ingericht in samenspel tussen zorggeschoolde professionals, professionals uit een ander werkveld, familie en naasten en natuurlijk de bewoner zelf. Silke Rissewijck is projectleider bij Sensire. Vera Goldewijk is innovatiemanager bij Sensire. Samen vertellen ze hoe ze deze proeftuin hebben opgezet en hoe ze de geleerde lessen vertalen naar de rest van de organisatie.
Silke: “Ik ben de aanjager van deze beweging. Bij Sensire leefde al langer het idee dat de zorg anders moet in de toekomst. We hebben over een aantal jaar gewoonweg de professionele handen niet meer. Dit jaar kwamen twee dingen bij elkaar: we hadden een leegstaande afdeling op onze locatie in Zutphen, maar niet voldoende professionals. Zo is het ontstaan, laten we stoppen met praten en gewoon dóen.
In het begin leek het me niks, een project zonder kaders, dat kan toch niet goed gaan? Sensire heeft toen met veranderdeskundigen gekeken naar het doel, hoe begin je, wat is het idee? Toen ze me daarna opnieuw vroegen heb ik ja gezegd. De urgentie is groot en het gedachtegoed omarm ik. En het is ook echt gaaf om een keer een project te doen zonder duidelijk begin en eind.”
Silke vervolgt: “We zijn blanco begonnen, echt pionieren. Met een projectgroep hebben we gekeken wat er nodig is om deze beweging in gang te zetten. We hebben alles losgelaten wat we kennen uit onze zorg en zorglocaties. Het is hét moment de verpleeghuiszorg van de afgelopen 30 jaar tegen het licht te houden. In de Grachten Promenade hebben we dan ook keuzes gemaakt die regelmatig tegen de standaarden van de verpleeghuiszorg in gaan. Zowel qua huisvesting, als professionals en de manier van werken. We werken bewust zonder kaders, we willen leren van doen.”
Vera: “Het is mijn rol om successen en minder goede ervaringen uit dit project op te tekenen en verder te vertalen binnen Sensire. Ik zoek de lessen en de rode draad uit deze proeftuin. We willen hiervan leren, dat betekent ook dat we kijken naar de dingen die niet zo lekker lopen. We hebben soms best gedacht: ‘hadden we het niet beter toch kunnen invullen’? Blanco was echt wel heel blanco. De ideologie was heel mooi, maar het vroeg echt wel veel van medewerkers, bewoners en familie. Tijdens een van de moeilijkste periodes uit het leven vraag je immers mensen om mee te gaan in chaos en onzekerheid.
Families en bewoners hebben er overigens wel bewust voor gekozen. Nu is die keuze er nog, maar er komt een punt dat deze manier van zorg standaard wordt. Omdat elke afdeling met de rug tegen de muur komt te staan qua personeel.”
In de Grachten Promenade ligt de regie, waar mogelijk, bij de bewoners zelf. Sensire hanteert op deze woning geen exclusie. De Grachten Promenade biedt gespikkeld wonen, een mix van somatiek en psychogeriatrie. Dit betekent dat cognitief gezonde mensen samenleven met anderen die meer zorg nodig hebben. De woning is bewust geen plek waar men van A tot Z ontzorgd wordt door geschoolde zorgprofessionals. Iedereen die woont, werkt en leeft op de Grachten Promenade wordt een samenwerker genoemd, dus ook de bewoners en naasten. Van de betaalde samenwerkers hebben sommigen een zorgachtergrond, anderen niet. Het is een heel nieuwe manier van werken in de verpleeghuiszorg. Sensire onderzoekt op deze manier de juiste balans tussen getrainde zorgprofessionals en mensen die vanuit een andere motivatie in de zorg willen werken. Samen met bewoners en betrokken naasten zorgen zij voor ‘leven en wonen zoals thuis’. Het speerpunt van deze proeftuin.
Silke: “De mix tussen zorgprofessionals en andere professionals is ons antwoord op het tekort aan geschoolde zorgprofessionals. We hebben hier mensen werken vanuit allerlei disciplines. Zo werkt hier een oud-opticien bijvoorbeeld. Of een vrouw met een communicatie-achtergrond. Zij is communicatief heel vaardig en kan mensen verbinden en tot denken aanzetten. We willen hier een klimaat om met elkaar te praten over wat je neerzet, wat het oproept en hoe het voelt.
Welke achtergrond onze professionals ook hebben, ze werken allemaal vol mee. We bieden 24-uurs verpleeghuiszorg en erkennen het feit dat we getrainde en geschoolde professionals nodig hebben, maar we weten ook dat we die in de toekomst tekort zullen komen. We onderzoeken de juiste mix tussen geschoolde zorgprofessionals en mensen die uit een andere motivatie bij ons met liefde willen werken. Ieder individu brengt ook eigen kernkwaliteiten mee, deze mix tussen onze medewerkers werkt heel mooi, merken we. Maar we blijven in dit project onderzoeken wat het effect is en wat er bijvoorbeeld gebeurt als de balans door vakantie of ziekte verkeerd uitpakt. Daar worstelen we regelmatig mee, en dan vragen we bijvoorbeeld hulp aan naasten.
Deze nieuwe manier van werken vraagt veel van families, de bewoners én van de mensen die je werft. We hebben ons team ook echt geworven op het willen werken zonder kaders en hiërarchie. We hebben het in onze vacatures zelfs chaos genoemd. Je bent samen aan het zoeken naar een juiste modus, in de samenwerking met elkaar en wat voor onze bewoners passend zal zijn. Dat vraagt enorme flexibiliteit van iedereen.”
De Grachten Promenade heeft als belangrijkste speerpunt ‘leven en wonen zoals thuis’. En dat gaat heel ver. Sensire heeft ervoor gekozen om alle voor de hand liggende verpleeghuis standaarden los te laten. Maaltijden worden door de samenwerkers zelf bereid, maar ook de boodschappen worden door het hele team samenwerkers gedaan. Gezamenlijk bepalen zij wat er gegeten wordt, maar ook op welk moment. Was wordt, net als thuis, in principe zelf gedaan en de bewoners slapen onder hun eigen dekbedden of dekens van thuis. Zelfs de klinische zeepdispensers zijn van de muur geschroefd.
Silke lacht, “ja dat schuurde wel. We zijn gewend in de zorg om vanuit hygiëneregels altijd zeep- en alcoholdispensers te hebben hangen. Ik wilde ze weg hebben, je hebt ze immers thuis ook niet. Mensen denken dan ‘waar gaat het over, het is intensief om ze er af te halen’, maar dan ben ik toch de eigenwijs hier. Ze moesten weg, het moest echt zoals thuis. En natuurlijk zorgen we dat iedereen de beschikking heeft over handalcohol, we hebben immers wel te maken met wet- en regelgeving rondom infectiepreventie. Maar niet op deze manier.”
Vera: “Bij ons wonen is echt anders dan in een regulier verpleeghuis. Iedereen helpt mee. Ook bewoners zelf. Vooral bij kinderen van bewoners moesten we zoeken naar mensen die open zouden staan voor deze manier van wonen. We verwachten echt actieve inbreng van naasten. En onze zorg zelf is ook echt heel anders dan mensen gewend zijn. We hebben in het verleden veiligheid en het beperken van risico’s heel groot gemaakt. We roepen allerlei dingen als ‘in een verpleeghuis moet je leven toevoegen aan de dagen en niet andersom’. Maar tegelijkertijd is dat heel complex. Je wil mensen een leven bieden zoals thuis, met eigen keuzes. Maar je wil geen risico voor andere bewoners. Dat is zoeken. Een klassiek voorbeeld is dat je in een verpleeghuis opeens geen zachtgekookt eitje mag eten, in verband met het risico op salmonella. Maar als iemand dat nou lekker vindt?”
“Daar zit precies het probleem”, vult Silke aan, “Thuis word je in je eentje besmet, in een groep is dat spannender. Net als het Noro-virus, je kunt elkaar besmetten, dus elk besluit neem je niet alleen voor jezelf maar ook voor de ander.
We hebben bijvoorbeeld een echtpaar in onze woning. Zij helpen elkaar met aankleden, daarbij zit het risico op vallen. Dat risico was thuis niet anders, dus dat risico aanvaardt de familie. Maar als iemand in de groep koekjes uitdeelt en daarmee lopen mensen met slikproblemen gevaar, dan moet je ook het risico voor de héle groep afwegen.
We zorgen ervoor dat we met alle betrokkenen tot afspraken komen. Dat is echt anders dan ‘akkoord gaan met de huisregels’. Onze bewoners zijn een weerspiegeling van de maatschappij. Niks is hier zwart-wit, we praten met elkaar over grijs. De kaders, die bepalen we samen. Moeten wij dit doen, moet de familie dit doen, of de bewoner? Moet het nu of een andere keer? Kan een traditioneel geschoolde collega dit doen of een ander? Wat vindt de familie daarvan? Dit is een blijvend iets, altijd met elkaar te blijven praten. Fysiek tijd en ruimte maken om te gaan zitten het gesprek te blijven voeren. Sensire kleurt niet in, maar de gemeenschap doet dit.”
Vera: “De mensen die bij ons werken zijn erg enthousiast, zij kozen bewust voor deze nieuwe aanpak. Maar binnen de zorg in het algemeen heb je echt drie kampen. Sommigen vinden het helemaal niks, anderen zeggen dat we niets nieuws doen en een derde groep vindt het heel inspirerend. Je bent dus niet alleen bezig met je eigen project, maar ook met ‘de omgeving’ en wat zij ervan vinden.”
Silke knikt: “Onze OR is bijvoorbeeld heel enthousiast, die laat zich graag inspireren. Maar in de cliëntenraad zijn de meningen verdeeld. Je merkt dat mensen toch vaak blijven hangen in ‘de zorg verschraalt’, maar wij zien het echt als een kans het anders te doen, om de zorg mooier te maken.”
Nog niet iedereen is klaar voor deze andere kijk op de zorg, merkt Silke op. “Men zit vast in een stramien van jaren. Het is zo gewoon geworden dat alles verandert als je in een verpleeghuis woont. Je was wordt gedaan, je eten wordt verzorgd en dag en nacht getrainde professionals binnen handbereik is de norm geworden. We hebben geen standaarden hier. Mensen zijn gewend dat er één goed antwoord is op een vraag. Zoals ‘brengen we mensen naar de kapper? Mijn antwoord is dan altijd ‘hoe deed je dat thuis?’. Het antwoord op die vraag kan dus voor iedereen anders zijn.
Ook verwacht men dat een bewoner automatisch onder de specialist ouderenzorg valt, dat is normaliter voor iedereen hetzelfde. Maar waarom zou een organisatie als enige verantwoordelijk zijn voor deze onderdelen van wonen en leven? En zijn er geen andere mogelijkheden om de juiste professionele ondersteuning te bieden met een andere mix van professionals en informele samenwerkers?
We merken dat bijvoorbeeld huisartsen het lastig vinden dat hier wel de Sensire vlag wappert, maar dat we als Sensire niet automatisch voor iedereen de medische verantwoordelijkheid overnemen. Het gesprek over complexe problematiek bij bewoners die komen wonen in het verpleeghuis is en blijft een ingewikkelde. Het raakt het verantwoordelijkheidsgevoel van professionals. Wat verstaat eenieder onder ‘kwaliteit van zorg’? Hoe kun je, in een juiste mix van samenwerkers, voldoende expertise op alle vlakken toevoegen aan de leefomgeving, waardoor iemand kan wonen zoals thuis en passende ondersteuning krijgt, ook bij complexe problematiek? Dat is wat we hier opnieuw uitvinden.”
De woning draait nu nog geen jaar, maar er zijn al een hoop lessen geleerd. Deze lessen worden door Vera opgetekend en uitgewerkt. Silke: “We vinden dit bij Sensire ontzettend belangrijk. Wat ging er goed, wat niet? Wat heb je nodig om dit te borgen in het team? We merken hier bijvoorbeeld hoe waardevol het is dat we mensen hebben gevonden die de vaardigheden hebben om te werken aan een gemeenschap. Of mensen die de ambassadeursrol op zich kunnen nemen. Je hebt dit soort rollen echt nodig. In de praktijk merk je pas hoe belangrijk deze zijn.”
Vera: “En dat is precies wat ik onderzoek; welke ondersteuning is nodig bij een team als deze. Welke weerstand kom je tegen, intern bij Sensire, maar ook bij zorgprofessionals om ons heen, of in de maatschappij? Doe je nog de juiste dingen of ben je vervallen in oud gedrag? We zoeken echt de werkende lessen, zodat we elders ook kunnen starten. En misschien hebben we wel geleerd dat we elders níet helemaal blanco moeten starten. Maar toch een paar kaders moeten hebben. Dat gaan we ontdekken. We zijn nog lang niet uitgeleerd op de Grachten Promenade. Er gebeuren hier heel bijzondere dingen.”
“Onze Grachten Promenade is de start van een beweging”, valt Silke bij. Het is geen project, je wil het blijvend anders doen. Er komt denk ik geen punt ‘we zijn klaar’. Er komt wel een punt dat de chaos iets minder is, maar het blijft een organisch geheel. Die chaos hoort er ook bij, we wilden het ‘hoe’ niet inkleuren met de pen van Sensire. We hopen wel dat er een moment komt van stabiliteit. Dan heeft de Grachten Promenade een punt bereikt van ‘zo doen we het hier’. En als ik een woning als deze in de toekomst nog een keer ga opzetten, dan zou ik denk ik wel 10% van de kleurplaat inkleuren. Niet iedereen gaat hetzelfde om met onzekerheden. Dat is vast éen geleerde les!”